Bijvoorbeeld NRC:
Mijns inziens een belangrijk onderzoek dat een bestaande mythe - ook in de gereformeerde gezindte - namelijk dat iemand als homo of lesbienne geboren wordt, geheel ontkracht. Omgevingsfactoren (omgeving, persoonlijke ervaringen, enz.) blijken vele malen belangrijker te zijn dan het erfelijk materiaal. Iemand kan weliswaar gevoeliger of minder gevoelig zijn voor homofiele gevoelens, maar niemand wordt zo geboren.In een groot genetisch onderzoek zijn dna-varianten ontdekt die de seksuele voorkeur van mensen subtiel beïnvloeden. Een dna-test voor homoseksualiteit is op basis van deze resultaten niet te maken. (...)
Hét homogen bestaat niet. Er zijn duizenden genen die samenhangen met de mate waarin mensen zich aangetrokken voelen tot personen van hetzelfde geslacht. Van die duizenden dna-varianten springen er vijf uit: ze komen iets vaker voor bij mensen met homoseksuele ervaringen dan bij mensen die in hun leven louter heteroseks hebben gehad. Maar wat ze precies doen, is onbekend. Mogelijk beïnvloeden ze de stofwisseling van geslachtshormonen en geurwaarneming. Er zit dus wel een genetische component in de seksuele voorkeur van mensen, maar die is subtiel. (...)
De werkelijkheid is te complex voor een simpel antwoord: seksuele voorkeuren blijken een optelsom van omgevingsinvloeden en talloze kleine bijdragen van dna. Onderzoeksleider Ben Neale van het Stanley Center for Psychiatric Research onderstreept dat homoseksueel gedrag een normaal onderdeel is van menselijke diversiteit. „Ja, er bestaat een risico dat ons onderzoek misbruikt en verkeerd uitgelegd gaat worden. Maar onze boodschap is belangrijk: het homogen bestaat niet en seksuele voorkeur is niet met een dna-test te voorspellen.
(...)
Omgevingsinvloeden zijn in deze studie volledig buiten beschouwing gebleven, terwijl duidelijk is dat die een grotere invloed hebben dan dna. (...)