Goed, zoals eiglijk een btje beloofd zou ik proberen een dogmatisch-filosofisch antwoord op de vragen van QrunchyPlane te geven.
Maar voordat ik begin wil ik even erop wijzen dat de vragen zoals QrunchyPlane best wel eens een grote strijd kunnen zijn in iemands hart. Zelf heb ik vroeger ook met deze vragen rondgelopen. Het afdoen van zulke vragen met een niet-intelectueel antwoord als 'dat zijn de verborgenheden Gods' oid nemen die twijfels niet weg. Ik zou dus iedereen willen manen graag ook een btje pastoraal om te gaan in de antwoorden op zulke vragen, ipv rückziglöss (ik hoop dat ik het dit keer goed gespeld heb) mekander in de haren te vliegen.
Tevens nog een woord aan allen die zulke twijfels waarnemen in hun hart: We kunnen een bijbels-filosofisch kloppend antwoord formuleren, maar dat neemt de twijfel niet weg uit je hart. Dat kan alleen als de Heere in je komt wonen. Alleen door het geloof verdwijnt alle twijfel. Wie eens God gezien heeft, zal nimmer meer waarlijk twijfelen aan Zijn bestaan.
Maargoed, laat ik beginnen met de vragen zoals gesteld te anyliseren. Ik kom dan eigelijk maar uit op 1 hoofdvraag, nl: waarom heeft God het kwade toegelaten in de wereld. Of anders gezegd: waarom heeft God de wereld niet goed gelaten.
Goed, nu gaan we proberen dat probleem te tackelen. Omdat ik hier niet mn boeken filosofie, en de boeken van Augustinus bij de hand heb, zullen jullie t moeten doen met wat citaten uit de Summa Theologica en Summa contra gentiles van Aquinas, en mijn uitleg van het vraagstuk.
Ik hanteer 2 aannames:
1. God houdt zich aan de wetten der primitieve logica, nl. de wet van de non-contradictie (bv. God kan geen steen maken die zo zwaar is dat Hij die Zelf niet kan tillen). Niet vergetende dat dit geen beperking is. De basis van deze aanname ligt m in het feit dat God Zich openbaart aan de mens; zonder de wet der non-contradictie is de bijbel waardeloos.
2. De bijbel is de waarheid; het geeft een ware en betrouwbare weergave van feiten
Laten we nu eens stapsgewijs gaan nadenken over het probleem:
1. God is goed. Zoals Anselmus bewijst in zijn bekende argument voor het bestaan van God, bestaat God alleen maar als Hij volmaakt is. Een volmaakt wezen kan óf volmaakt goed, óf volmaakt kwaad zijn. De bijbel, en ook de wereld om ons heen, laten zien dat God volmaakt goed is.
2. Een volmaakt goed wezen wil het kwade niet. Zoals ook de Schrift getuigd in Job 34:10
Verre zij God van goddeloosheid, en de Almachtige van onrecht!. En ook Hab 1:13
Gij zijt te rein van ogen, dan dat Gij het kwade zoudt zien, en de kwelling kunt Gij niet aanschouwen
3. God heeft alles goed geschapen. De Schrift getuigd daarvan: Gen 1:31
En God zag al wat Hij gemaakt had, en ziet, het was zeer goed. En wederom: 1 Tim 4:4
Want alle schepsel Gods is goed. Dat het goed geschapen is wil dus zeggen dat er in de hele schepping geen enkel motief tot het kwade was.
Maar wacht, voordat we verder gaan is het misschien wel even handig om te omschrijven wat kwaad nu precies is. Laat ik voorop stellen dat hierover de meningen verschillen. Zélf zie ik kwaad als de afwezigheid van het goede. Zie ook
Aquinas. Het kwade is dus zelf niet iets, het is de afwezigheid van iets. Net zoals duisternis de afwezigheid van licht is. Dit klopt ook met punt 3, waarin gesteld word dat God alles goed geschapen heeft.
4. God schiep alles tot Zijn eer. Nu is het een veel voorkomende mening onder christelijke filosofen om als argument te gebruiken dat God de best mogelijke wereld heeft geschapen, i.e. de wereld waarin Hij uiteindelijk het meest verheerlijk wordt. Alhoewel dat een waarheid is - Ik zou geen ander wereldbeeld weten waarin de Drie-eenheid en de liefde van God zó duidelijk worden geopenbaard dan de wereld zoals God die nu geschapen heeft - is dat natuurlijk geen argument
5. Er zijn rangordes in eer geven. Zo zijn er planten (leven), beesten (leven en geest), en redelijke wezens (i.e. engelen en mensen: leven, geest en ziel). Wat mensen en engelen ondersheid van beesten is dat zij een morele wil hebben. Zij kunnen dus God eer geven omdat zij dat willen, in plaats van de beesten die Hem de eer geven omdat zij niet anders kunnen. Het is dus logisch dat God redelijke wezens geschapen heeft, ook al was dat een risico voor Zijn schepping. Je moet niet vergeten dat, alhoewel mensen en engelen het kwade konden kiezen (d.i. God te verlaten), er in heel de schepping er geen enkele aanleiding was om dat te doen
6. Het is voor God onmogelijk om een wezen te scheppen gelijk Hijzelf is. Hij zou dan ophouden de Enige en Alleenmachtige te zijn, en dus ophouden met God te Zijn. Elk geschapen wezen heeft dus niet de volmaakte goedheid van God, en is dus in meer of mindere mate in staat om te zondigen, als hij daar de vermogens voor heeft (nl. een eigen wil).
OK, we hebben nu verklaard wat Gods motief was met de schepping, en waarom God engelen en mensen schiep, en waarom zij konden vallen. Waarom de engelen, en later de mensen, hun vrije wil gebruikte om God te verlaten zullen wij nooit snappen. De bijbel spreekt niet over een bepaalde aanleiding daartoe. Wat wél interessant is om te weten waarom God deze val toeliet; Hij had het immers kunnen verhinderen.
6. God had de val kunnen behoeden. Ja, Hij had er zelfs voor kunnen zorgen dat de gehele schepping Hem zou dienen. Maargoed, nu komen we bij een heel lastige stelling uit, nl: Kan God dingen besturen als er wezens zijn met een vrije wil? Misschien valt je het op, maar deze stelling bevat een interne contractie, nl. als God iets bestuurd is de wil niet meer vrij. Ik hou het er dan ook op dat God de val niet heeft besloten, maar wel heeft voorzien. We moeten niet vergeten dat het voor God wél mogelijk is om ondanks de vrije keuzes van mensen de toekomst te plannen. We zijn nu iig zover dat we God geen actieve schuld kunnen toekennen van de val (God heeft niet actief het kwade besloten).
7. God wist dat de val plaats kon vinden, toch heeft Hij het niet verhoedt. Ik wil hiervoor 3 redenen noemen (let op, dit zijn geen argumenten):
a) God wilde gedient worden vanuit een vrije keuze. Als God de val verhoedt had, was er weliswaar niemand gevallen, maar waren er wel schepselen geweest die God niet uit hun ganse hart dienden.
b) God wilde Zichzelf openbaren, om daarmee Zichzelf en Zijn deugden te verheerlijken (m.n. Zijn liefde en Zijn rechtvaardigheid)
c) Door de val toe te staan kon God voor eeuwige de hemel heiligen, i.e. alle schepselen die Hem niet met hun hele hart liefhadden voor altijd weren uit de hemel. In de hemel zal dan nooit meer kwaad kunnen zijn (want het kwade is in Satan dan voor eeuwige gebonden)
8. Alles wat ons in deze wereld geschied, ná de val, is door God besloten en/of toegelaten. Er gebeurt niets buiten zijn wil om. Onze vrije wil, waarmee we God tegen konden staan, zijn we kwijt.
9. God verzoekt niet. Toch laat God soms de Verzoeker toe ons te verzoeken om ons te beproeven (denk aan Job)
10. God wil het kwade niet. Toch laat Hij het kwade over ons komen. Dit is
a) tot straf over onze zonden
b) tot waarschuwing om de zonde te laten
c) om ons te brengen tot afhankelijkheid van Hem
Het kwade wat ons dus overkomt moet tot ons eeuwig nut dienen.
Kort samengevat:
1. Het kwade is niet door God geschapen; het kwade is niet iets, maar is de afwezigheid van het goede
2. God wilde maximale eer, en schiep dus schepselen met een vrije wil, dus met een mogelijkheid om te vallen
3. God deugden worden maximaal verheerlijkt in het zaligmaken van zondaren, en het eeuwig straffen van hen die niet geloofd hebben
4. Al het kwade wat ons in dit leven overkomt dient tot ons eeuwig nut
Ik wil het hierbij laten. Als er vragen of tegenwerpingen zijn hoor ik het graag, liefst heel specifiek geformuleerd, zodat ik ook een gericht antwoord kan geven. Ik had eea beter willen onderbouwen en onderzoeken, maar ik heb eenvoudig weg er de tijd niet voor. Het spijt me.
Ik hoop dat dit voldoende is om je aan het denken te zetten, en om je een denkrichting te geven. Twijfel nooit aan God, maar liever aan je eigen interpretatie van God. Gods goedheid is niet beperkt door ons begrijpen ervan. Zoals ik al eerder benadrukt hebt: Echte zekerheid is slechts te vinden in het ware geloof. Zoek dan de Heere terwijl Hij te vinden is, roep Hem aan nu Hij nog dichtbij is. Nu is het nog mogelijk. Straks is er een eeuwige scheiding tot het goede en het kwade.
-------------------------------------------
Er zijn een aantal onderwerpen die ik niet heb toegelicht. Ik denk dat die ook niet stichtelijk zijn om te bediscussieren, omdat het puur filosofische thema's zijn. Ik bedoel voornamelijk de eeuwig zekere staat der mensen. Ik hou het erop dat de zaligheid vastligt in de verdienste van Christus, en dat dus de mens geen vrije wil zal krijgen in de hemel. Over de zekerheid van de zaligheid van engelen: volgens mij spreekt de Schrift daar niet over. Een filosofische verklaring is eenvoudig te geven vanuit de eeuwige keus die de engelen maakten (de val der engelen was ook van eeuwigheid, i.e. voor de tijd).
[Aangepast op 5/11/2004 door memento]